De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Overwegende dat geen afzonderlijke belasting op het ophalen van huishoudelijke afvalstoffen wordt vastgesteld;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 14/01/2025 waarbij de belasting op restafvalzakken, PMD-zakken werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Overwegende de kostprijs van de GFT-zakken als volgt :
Artikel 1 : Voor de dienstjaren 2026 tot en met 2031 wordt ten behoeve van de gemeente een contante belasting geheven op het afleveren van speciale huisvuil-, PMD- en GFT-zakken welke door de gemeente ter beschikking van de bevolking worden gesteld.
Artikel 2 : De belasting bedraagt :
- 25 € per rol van 10 grote huisvuilzakken en 25 € per rol van 25 kleine huisvuilzakken
- 3,10 € per rol van 20 kleine PMD-zakken en 5 € per rol van 20 grote PMD-zakken
- 2,50 € per rol van 10 GFT-zakken van 15 liter en 5,00 € per rol van 10 GFT-zakken van 30 liter en 10,00 € per rol van 10 GFT-zakken van 60 liter
Deze belasting is ten laste van diegene die er uitdrukkelijk om verzoekt.
Artikel 3 : De belasting is contant te betalen.
Bij gebreke van betaling wordt de belasting ambtshalve ingekohierd.
Artikel 4 : De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 5 : Inzake bezwaar, beroep en voorziening in cassatie wordt gehandeld zoals voorzien in het decreet van 30 mei 2008 inzake de vestiging, de invorderingen de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Artikel 6 : Deze beslissing is onderworpen aan de artikelen 326 tot en met 338 van het Decreet lokaal bestuur.
Artikel 7 : Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 8 : Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.