De voorzitter opent de zitting op 12/12/2023 om 20:23.
Gelet op artikel 32 van het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de ontwerpnotulen voor de zitting van 07/11/2023;
De notulen van de gemeenteraad dd. 07/11/2023 worden goedgekeurd.
De gemeenteraad,
Aanleiding en context
- Naar aanleiding van nieuwe wetgeving en gewijzigde bepalingen in het BVR RPR wordt de bestaande rechtspositieregeling aangepast. Daarnaast wordt de aanwervingsprocedure gemoderniseerd en wordt in de evaluatieprocedure maximaal ingezet op opvolging en feedback.
Juridische gronden
- Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen.
- Het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, en latere wijzigingen.
- Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden en haar personeel, en latere wijzigingen.
- Besluit van de gemeente- en OCMW-raad van 28/09/2021 houdende de goedkeuring van de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel.
Argumentatie
- Het schepencollege wenst het loket van de dienst bevolking jaarlijks te sluiten op paas- en pinksterzaterdag.
Adviezen
- Op voorstel van het schepencollege.
Artikel 1 :
De gemeenteraad gaat akkoord om artikel 266, paragraaf 1 van de rechtspositieregeling als volgt aan te passen :
Het personeelslid heeft in de volgende gevallen recht op dienstvrijstelling:
Het personeelslid van de dienst bevolking heeft in de volgende gevallen recht op dienstvrijstelling:
Artikel 2 :
De wijzigingen aan de rechtspositieregeling treden in werking vanaf 1/1/2024.
Artikel 3 :
De wijzigingen aan de rechtspositieregeling worden kenbaar gemaakt aan de personeelsleden en dit besluit wordt kenbaar gemaakt aan de toezichthoudende overheid
De gemeenteraad,
Aanleiding
Gelet op het Europees Verdrag ter bescherming van de Rechten van de Mens en fundamentele vrijheden;
Gelet op Verord. (EU) nr. 2016/679, 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, hierna afgekort tot “AVG”;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur met ingang van 1 januari 2019;
Gelet op de Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens; De bestaande wetten, koninklijke besluiten en elke andere reglementering, die verwijst naar de Wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, worden geacht te verwijzen naar de nieuwe wet;
Gelet op de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, gewijzigd door de wet van 21 maart 2018, art. 5, §1 (vaste bewakingscamera);
Gelet op het Koninklijk Besluit van 8 mei 2018 betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's en betreffende het register van de beeldverwerkingsactiviteiten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 28 mei 2018 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt;
Argumentatie
Overwegende de intentie van het schepencollege om 2 beveiligingscamera’s te plaatsen op het speelplein achter het kaatsplein in de hoop om vandalisme tegen te gaan;
Gelet op het positief advies van de korpschef van de Lokale Politie Pajottenland dd. 22/11/2023;
Overwegende dat cameratoezicht een nuttig hulpmiddel kan vormen voor de objectieve waarneming van overlastproblemen, de preventieve aanpak ervan en het opsporen van daders, slachtoffers en getuigen;
Overwegende dat cameratoezicht een nuttig hulpmiddel is voor de gerichte en efficiënte politie-inzet;
Overwegende dat de invoering van vaste bewakingscamera’s op een niet-besloten plaats voor advies voorgelegd moet worden aan de gemeenteraad;
Overwegende dat de gemeenteraad daarbij de korpschef van lokale politie moet raadplegen teneinde een veiligheidsadvies te verkrijgen;
Overwegende dat er rekening gehouden moet worden met de aanbevelingen omtrent de bescherming van de privacy en de persoonlijke levenssfeer met betrekking tot cameratoezicht op niet-besloten plaatsen;
Overwegende dat de nodige waarschuwingen in de buurt worden aangebracht opdat de burger geïnformeerd is over het cameratoezicht op de plaatsen die hij betreedt;
Overwegende dat de gemeente de houder is van de opname en de gemaakte beelden en dat zij in samenspraak met de korpschef van de lokale politie de personen aanduidt die toegang hebben tot de verwerking en aan wie de gegevens kunnen worden meegedeeld;
Artikel 1 :
De gemeenteraad adviseert positief over de plaatsing en het gebruik van 2 vaste bewakingscamera’s op het speelplein achter het kaatsplein.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het huidige lidmaatschap van de gemeente Bever van de Projectvereniging Zender (vroegere Cultuurregio Pajottenland & Zennevallei);
Gelet op het feit dat de gemeente Bever momenteel aangesloten is voor de convenant cultureel erfgoed, met een jaarlijkse bijdrage van 0,4 euro per inwoner. Dit houdt in :
- de publiekswerking rond cultureel erfgoed (erfgoeddag, schatten van vlieg, open monumentendagen …)
- behoud en beheer van roerend erfgoed (ook de inventarisatie van religieus erfgoed bvb)
- ondersteuning van het immaterieel erfgoed (borgingsacties, educatieve pakketten, erkenningen als waardevol erfgoed via de
Inventaris Vlaanderen…)
- digitalisering (binnen dit kader ontwikkelden we 2-talige QR-codes voor Bever)
- etc;
Overwegende dat het aangewezen zou zijn dat de gemeente Bever ook aansluit voor de onroerende erfgoedwerking, met een bijkomende jaarlijkse bijdrage van 0,2 euro per inwoner. Dit houdt in :
- Adviesverlening via het omgevingsloket voor waardevol niet beschermd erfgoed (ikv sloop, bouwaanvragen, RUPs)
- Beheer van de Inventaris van het bouwkundig erfgoed (we starten stelselmatig met een herinventarisatie van de gehele regio,
want deze zijn ver van up to date (dateren nog uit de jaren 70))
- Inventaris op vraag (via planning) van begraafplaatsen en klein onroerend erfgoed (kapellen)
- Project rond houtig erfgoed (25-26)
- Methodiek voor opstellen kerkenbeleidsplannen
Gelet op het akkoord van de Raad van Bestuur van Zender met deze bijkomende aansluiting van de gemeente Bever;
Artikel 1 :
De gemeenteraad gaat akkoord met de aansluiting van de gemeente Bever bij de cultuurregio ZENDER voor zowel Cultureel Erfgoed (0,4 euro per inwoner) als voor Onroerend Erfgoed (0,2 euro per inwoner).
Artikel 2 :
Deze beslissing wordt overgemaakt aan Zender en aan de financiële dienst.
De gemeenteraad,
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur, inzonderheid de artikel betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de aanstelling van Filip Haesen als functionaris voor gegevensbescherming (DPO);
Overwegende dat het van primair belang is om belangrijke informatie te beschermen tegen een brede waaier van bedreigingen om de continuïteit en de goede werking van het gemeentebestuur te verzekeren;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022, waarbij werd kennis genomen van het Beleid authenticatie en logisch toegangsbeheer 2022, van het Informatieveiligheidsbeleid 2022 en waarbij het informatieveiligheidsplan werd goedgekeurd;
Overwegende dat het informatieveiligheidsbeleid de basismaatregelen van het bestuur inzake informatieveiligheid beschrijft, met als streefdoel om een gezond evenwicht tussen een aantal preventieve maatregelen om beveiligingsincidenten te voorkomen en correctieve maatregelen om de negatieve gevolgen van incidenten te beperken;
Overwegende het voorliggend informatieveiligheidsplan 2023, opgemaakt voor gemeentebestuur en OCMW-bestuur samen, zijnde het lokaal bestuur Bever;
Artikel 1 :
Het informatieveiligheidsplan 2023 wordt goedgekeurd.
Artikel 3 :
Deze beslissing wordt meegedeeld aan de Filip Haesen.
De gemeenteraad,
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 18/09/2012 waarbij het gebruiksreglement voor de gemeentelijke sportzaal werd goedgekeurd en latere aanpassingen;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 25/08/2020 waarbij het gebruiksreglement voor de gemeentelijke ontmoetingszaal werd goedgekeurd en latere aanpassingen;
Overwegende dat het aangewezen was om de gebruikstarieven van alle accommodaties te evalueren;
Overwegende volgend voorstel van behoud van de gebruikstarieven voor de polyvalente zaal van de basisschool op Kerkhove 14 :
|
|
Uurtarief zomer |
Uurtarief winter |
| Beverse huurders |
12,50 €/u |
15,00 €/u |
| Schoolgerelateerde activiteiten |
18,00 €/u |
25,00 €/u |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, adviesraden, Chiro bij slecht weer |
||
Overwegende het voorstel van behoud van het gratis gebruik voor het vergaderlokaal op Akrenbos 63, met uitzondering van politieke partijen;
Overwegende volgend voorstel van behoud van de gebruikstarieven voor de chalet achter de school op Kerkhove 14 :
|
|
Forfait nutsvoorzieningen zomer |
Forfait nutsvoorzieningen winter |
| Uitzonderlijk gebruik door Beverse verenigingen |
30,00 €/u |
60,00 €/u |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, kaatsclub |
||
Overwegende volgend voorstel van behoud van de gebruikstarieven voor volgende gebouwen :
|
|
Nutsvoorzieningen |
| Voetbalkantine Plaats 10 door voetbalclub |
Betaalt nutsvoorzieningen rechtstreeks |
| Chalet petanque door petanqueclub |
Werkelijk verbruik wordt hen gefactureerd door gemeente Bever |
| Lokaal duivenbond door duivenclub |
Forfait 100,00 € |
Overwegende volgend voorstel van behoud van volgende gunsten aan verenigingen :
| Stockagecontainer ter beschikking |
1x voetbalclub 2x Chiro |
| Gratis kopies |
Voor alle Beverse verenigingen |
| 30u logistieke ondersteuning per jaar |
Voor alle Beverse verenigingen |
Overwegende volgend voorstel van aanpassing van de gebruikstarieven voor de sportzaal Ter Plasbeek op Plaats 10B :
|
|
Tarief zomer |
Tarief winter |
| Beverse huurders |
12,50 €/u à 7,50 €/u 50,00 €/dag à 40,00 €/dag |
15,00 €/u à 10,00 €/u 60,00 €/dag à 50,00 €/dag |
| Niet Beverse huurders |
18,00 €/u à 13,00 €/u 65,00 €/dag à 55,00 €/dag |
25,00 €/u à 20,00 €/u 80,00 €/dag à 70,00 €/dag |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, adviesraden, Chiro bij slecht weer |
||
Overwegende volgend voorstel van aanpassing van de gebruikstarieven voor de gemeentelijke ontmoetingszaal Plosje 10 op Plaats 10F :
| Volledige infrastructuur |
Zonder keuken |
Zonder zaal |
rouwmaaltijd |
||
| 1 dag |
2 dagen |
3 dagen |
|
|
|
| 400,00 € |
800,00 € à 750,00 € |
1050,00 € à 950,00 € |
175,00 € à 250,00 € Gebruik vaatwas is toegestaan |
100,00 € à 150,00 € |
175,00 € à 250,00 € Gebruik vaatwas is toegestaan |
| Alles exclusief nutsvoorzieningen |
|||||
Overwegende volgend voorstel van aanpassing van de gebruikstarieven voor het gebruik van de containers op het kaatsplein :
|
|
Forfait nutsvoorzieningen |
| Makrallen |
400,00 € à 300,00 € |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, Chiro |
|
Overwegende het voorstel om deze prijzen toe te passen voor alle boekingen vanaf 01/01/2024, de reservaties voor 2024 die reeds vastliggen behouden de huidige prijs;
Overwegende de mogelijkheid om een podium van 18 m2 te huren voor de forfaitaire prijs van 50 euro per evenement;
Artikel 1 :
De gemeenteraad gaat akkoord om de gebruikstarieven voor de sportzaal Ter Plasbeek op Plaats 10B als volgt vast te leggen :
|
|
Tarief zomer |
Tarief winter |
| Beverse huurders |
7,50 €/u 40,00 €/dag |
10,00 €/u 50,00 €/dag |
| Niet Beverse huurders |
13,00 €/u 55,00 €/dag |
20,00 €/u 70,00 €/dag |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, adviesraden, Chiro bij slecht weer |
||
Artikel 2 :
De gemeenteraad gaat akkoord om de gebruikstarieven voor het gebruik van de containers op het kaatsplein als volgt vast te leggen :
|
|
Forfait nutsvoorzieningen |
| Makrallen |
300,00 € |
| Vrijstelling van huurgeld : onderwijs Bever, Chiro |
|
Artikel 3 :
De gemeenteraad gaat akkoord om de gebruikstarieven voor de gemeentelijke ontmoetingszaal Plosje 10 op Plaats 10F als volgt vast te leggen :
| Volledige infrastructuur |
Zonder keuken |
Zonder zaal |
rouwmaaltijd |
||
| 1 dag |
2 dagen |
3 dagen |
|
|
|
| 400,00 € |
750,00 € |
950,00 € |
250,00 € Gebruik vaatwas en koelcel is toegestaan |
150,00 € |
250,00 € Gebruik vaatwas is en koelcel toegestaan |
| Alles exclusief nutsvoorzieningen |
|||||
Artikel 4 :
De gemeenteraad gaat akkoord om het podium van 18 m2 ter beschikking te stellen voor de forfaitaire prijs van 50 euro per evenement.
Artikel 5 :
Deze vastgelegde prijzen zijn van kracht voor alle boekingen vanaf 01/01/2024 en worden aangepast in de respectievelijke gebruikersreglementen en op de gemeentelijke website.
Artikel 6 :
De gemeenteraad gaat akkoord met het behoud van de overige aangehaalde gebruikstarieven.
Artikel 7 :
Deze beslissing wordt meegedeeld aan de financiële dienst.
De gemeenteraad,
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het toetredingsbesluiten tot de intergemeentelijke preventiedienst Drugs en Alcohol Pajottenland van de gemeenten van de politiezone Pajottenland in zitting van de gemeenteraad dd. 01/12/2009;
Overwegende dat het actieplan van de Intergemeentelijke preventie- en gezondheidsdienst Pajottenland ter kennisname dient geagendeerd te worden op de gemeenteraad;
Overwegende dat het budget van de Intergemeentelijke preventie- en gezondheidsdienst Pajottenland door de gemeenteraad moet worden goedgekeurd;
Overwegende het voorliggend ontwerp van uitleenreglement voor promillebrillen en Playstation console
Gelet op de voorliggende documenten;
Gelet op de goedkeuring van deze documenten door het beheerscomité in zitting van 20/10/2023;
Artikel 1 :
De gemeenteraad neemt kennis van het actieplan 2024 van de Intergemeentelijke preventie- en gezondheidsdienst Pajottenland.
Artikel 2 :
Het budget 2024 van de Intergemeentelijke preventie- en gezondheidsdienst Pajottenland wordt goedgekeurd.
Artikel 3 :
Het uitleenreglement alcohol- en drugbrillen en Playstation console wordt goedgekeurd.
Artikel 4 :
Deze beslissing wordt overgemaakt aan Bianca Vanreepinghen van de Intergemeentelijke preventie- en gezondheidsdienst Pajottenland.
De gemeenteraad neemt kennis van de goedkeuring van de jaarrekening over het financiële boekjaar 2022 van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Bever.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikel 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de bedoeling om het principe ‘de vervuiler betaalt’ te laten gelden en de prijs van de huisvuilzakken zodanig vast te stellen;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenbeslechting van provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij een milieubelasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Er wordt vanaf het dienstjaar 2024 een milieubelasting gevestigd van € 50 voor gezinnen en € 30 voor alleenstaanden.
Artikel 2
De belasting is verschuldigd door :
- degene die ingeschreven is in de bevolkingsregisters op 1 januari van het belastingjaar
- degene die een tweede verblijf voor hetzelfde jaar op een adres gelegen langs de omloop die door de ophaaldienst gevolgd wordt.
Artikel 3
De vestiging en de invordering van de belasting, alsook de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 4
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 5
De belasting moet worden betaald binnen twee maanden na de toezending van het aanslagbiljet.
Artikel 6
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van de kennisgeving.
Artikel 7
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 8
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikel 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op de meerjarenplanning;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1 :
Er wordt vanaf het dienstjaar 2024 een directe gemeentebelasting gevestigd op de tweede verblijven.
Artikel 2 :
Als tweede verblijf wordt beschouwd : elke woongelegenheid waarvan degene die er kan verblijven, voor deze woongelegenheid niet ingeschreven is in de bevolkingsregisters, ongeacht het feit of het gaat om landhuizen, bungalows, appartementen, grote of kleine weekendhuizen of buitengoederen, optrekjes, chalets en alle andere vaste woongelegenheden, met inbegrip van de met chalets gelijkgestelde caravans.
Als tweede verblijf worden niet beschouwd :
- de lokalen uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van beroepsactiviteiten.
- de verplaatsbare caravans en woonhangwagens tenzij ze tenminste zes maanden van het belastingjaar opgesteld blijven om als woongelegenheid aangewend te worden.
- de leegstaande woongelegenheden waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij in de loop van het aan het belastingsjaar voorafgaande kalenderjaar niet als tweede verblijf werden aangewend
- de tweede verblijven opgesteld op een reglementair erkend kampeerterrein of kampeerverblijfpark.
Artikel 3 :
De belasting valt ten laste van diegene die op het adres van het tweede verblijf niet in de bevolkingsregisters of het vreemdelingenregister is ingeschreven voor het hoofdverblijf en, hetzij als eigenaar, hetzij als huurder of gebruiker, een tweede verblijf betrekt of kan betrekken.
De belasting is verschuldigd door diegene die het verblijf betrekt of kan betrekken op 1 januari van het belastingsjaar.
Artikel 4 :
De belasting wordt vastgesteld op 990 € per tweede verblijf.
Artikel 5 :
De belasting is ondeelbaar en voor het gehele belastingsjaar verschuldigd door de eigenaar op 1 januari van het belastingsjaar.
Artikel 6 :
De belastingsschuldigen of hun vertegenwoordigers moeten uiterlijk op 31 januari van het belastingjaar bij het gemeentebestuur aangifte doen van elk tweede verblijf dat zij in de gemeente bezitten door middel van het formulier waarvan het model door het college van burgemeester en schepenen werd vastgesteld.
Artikel 7 :
Bij gebrek aan aangifte binnen de in het voorafgaand artikel gestelde termijn ,of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belastingsplichtige van ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Artikel 8 :
De belasting wordt ingevorderd bij wege van het kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 9 :
De belasting moet worden betaald binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 10 :
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 11 :
De vestiging en de invordering van de belasting, alsook de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 12 :
Wanneer eenzelfde situatie aanleiding kan geven tot de toepassing van deze verordening en de belastingverordening op de niet-gebouwde percelen begrepen in een niet-vervallen verkaveling, is alleen deze laatste verordening van toepassing.
Artikel 13 :
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 14 :
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170, §4, van de Grondwet;
Gelet op artikel 464, 1°, van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 10 april 1992;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op de artikelen 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit;
Gelet op het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1:
Vanaf het aanslagjaar 2024 worden ten bate van de gemeente 1.071 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.
Artikel 2 :
De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.
Artikel 3:
Deze beslissing wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op artikelen 465 tot 470 bis van het wetboek van de inkomstenbelastingen;
Gelet op het laatst herziene meerjarig financieel beleidsplan.;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Vanaf het aanslagjaar 2024 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.
Artikel 2
De aanvullende belasting wordt vastgesteld op 8,0% van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar.
Artikel 3
Het aanslagjaar begint op 1 januari en eindigt op de daaropvolgende 31ste december.
Artikel 4
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 5
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op het artikel 6, §8 van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten;
Gelet op de verplichte aanpassingen gebaseerd op de schommelingen van de gezondheidsindex;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze retributie werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Er wordt vanaf het dienstjaar 2024 een indirecte retributie gevestigd op het afleveren door het gemeentebestuur van administratieve stukken.
Artikel 2
De retributie is verschuldigd door de persoon die het stuk vraagt.
Artikel 3
Zijn van de retributie vrijgesteld:
a) de stukken die krachtens een wet, een decreet of een reglement onderworpen zijn aan de betaling van een speciaal recht ten voordele van de gemeente;
b) de stukken die krachtens een wet, een KB of andere overheidsverordening kosteloos door het gemeentebestuur dienen te worden afgegeven;
c) de stukken die aan behoeftige personen worden afgegeven : de behoeftigheid wordt vastgesteld door elk overtuigend bewijsstuk;
d) de machtiging met betrekking tot activiteiten, die als dusdanig reeds het voorwerp zijn van een heffing, van een belasting of retributie ten behoeve van de gemeente;
e) de mededeling door politie aan de verzekeringsmaatschappij en van de inlichtingen omtrent het gevolg dat gegeven werd terzake van verkeersongevallen op de openbare weg;
f) de machtigingen met betrekking tot godsdienstige, politieke demonstraties;
g) de geldigverklaring van aankoopformulieren voor vermindering op biljetten van de NMBS, NMVB en de openbare autobusdiensten;
h) de werkzoekende werklozen :
- de minder begoede werklozen, de afgestudeerden, de eindejaarsstudenten en eindejaarsleerlingen
- de werkzoekenden die het bestaansminimum als enig inkomen hebben;
i) de ingedeelde inrichtingen of activiteiten uitgebaat door het gemeentebestuur, het OCMW-bestuur of een ander ondergeschikt bestuur.
j) het uittreksel uit het strafregister
Artikel 4
De retributie wordt vastgesteld als volgt:
| Niet aan zegelrecht onderworpen getuigschriften : eerste exemplaar bijkomend exemplaar digitaal te bezorgen getuigschriften : geen retributie |
2 euro 1 euro / |
| Elektronische identiteitskaarten (+12), ook voor spoedprocedures : retributie (bovenop de kostprijs aangerekend door FOD Binnenlandse zaken) |
5 euro |
| Elektronische identiteitskaarten (-12) : geen retributie |
/ |
| Elektronische verblijfsdocumenten vreemdelingen, ook voor spoedprocedures : retributie (bovenop de kostprijs aangerekend door FOD Buitenlandse zaken) |
5 euro |
| Digitaal rijbewijs, internationaal rijbewijs en voorlopig rijbewijs : retributie (bovenop de kostprijs aangerekend door FOD Mobiliteit) |
5 euro |
| Reispassen, ook voor spoedprocedures : retributie (bovenop de kostprijs aangerekend door FOD Buitenlandse zaken) |
5 euro |
| Indienststelling van nieuwe PIN/PUK-code : retributie |
5 euro |
| Trouwboekjes retributie |
10 euro |
Artikel 5
Basisbedragen Omgevingsvergunning :
| Afleveren akteneming van een melding : - van stedenbouwkundige handelingen - van ingedeelde inrichtingen en activiteiten - van stedenbouwkundige handelingen en ingedeelde inrichtingen en activiteiten |
20 euro 20 euro 20 euro |
| Afleveren van een omgevingsvergunning, vereenvoudigde procedure : - voor stedenbouwkundige handelingen - voor ingedeelde inrichtingen en activiteiten - voor stedenbouwkundige handelingen en ingedeelde inrichtingen en activiteiten |
25 euro 25 euro 50 euro |
| Afleveren van een omgevingsvergunning, gewone procedure : - voor stedenbouwkundige handelingen - voor ingedeelde inrichtingen en activiteiten - voor stedenbouwk. handelingen en ingedeelde inrichtingen en activiteiten |
50 euro 50 euro 100 euro + 25 euro (per kavel) |
| Stedenbouwkundig attest |
25 euro |
| Planologisch attest |
50 euro |
| Opname van een constructie in het vergunningenregister |
10 euro |
| Intrekking van een vergunningsaanvraag |
10 euro |
| Verzaking aan een verkaveling |
10 euro |
| Machtiging |
10 euro |
| Omgevingsvergunning voor een kleinhandelsvestiging |
25 euro (mogelijk cumulatief) |
| Notariële inlichtingen + per aangrenzende percelengroep |
100 euro forfait + 50 euro |
Aanrekening in functie van de aard en het type :
| indien milieueffectrapportage-plichtig of veiligheidsrapportage-plichtig |
100 euro |
| indien openbaar onderzoek met publicatie |
effectieve kosten voor de publicatie |
| indien openbaar onderzoek met individuele kennisgeving |
effectieve kosten voor individuele kennisgeving |
| indien omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden |
+ 50 euro per kavel |
| indien omgevingsvergunning voor een meergezinswoning |
+ 50 euro per woonentiteit |
| indien op analoge wijze ingediend dossier |
+ 50 euro |
Artikel 6
Bij laattijdige of niet-betaling zijn alle invorderingskosten ten laste van de belastingsplichtige.
Artikel 7
Bij de aanvraag zal een bedrag gelijk aan de retributie vermeerderd met de eventuele verzendkosten, in consignatie worden gegeven aan de financieel directeur.
Artikel 8
De retributie en de eventuele verzendkosten moeten bij het afleveren van het stuk contant worden betaald.
Indien de retributie niet contant kan worden geïnd wordt deze retributie een kohierbelasting. Na de inkohiering krijgt de oorspronkelijke contantbelasting alle kenmerken van een kohierbelasting. Dit impliceert dat die contante retributie niet onmiddellijk eisbaar is, maar dat er een aanslagbiljet moet worden toegezonden, er een betalingstermijn is van 2 maanden en een bezwaartermijn van drie maanden, vanaf de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 9
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 10
De vestiging en de invordering van de retributie, alsook de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 11
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 12
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Overwegende dat geen afzonderlijke belasting op het ophalen van huishoudelijke afvalstoffen wordt vastgesteld;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en de aanpassing dd. 27/06/2023;
Artikel 1
Vanaf het jaar 2024 ten behoeve van de gemeente een contante belasting te heffen op het afleveren van speciale huisvuil- en PMD-zakken welke door de gemeente ter beschikking van de bevolking worden gesteld.
Artikel 2
De belasting bedraagt :
- 25 € per rol van 10 grote huisvuilzakken en 25 € per rol van 25 kleine huisvuilzakken
- 3,10 € per rol van 20 kleine PMD-zakken en 5 € per rol van 20 grote PMD-zakken
Deze belasting is ten laste van diegene die er uitdrukkelijk om verzoekt.
Artikel 3
De belasting is contant te betalen.
Bij gebreke van betaling wordt de belasting ambtshalve ingekohierd.
Artikel 4
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 5
Inzake bezwaar, beroep en voorziening in cassatie wordt gehandeld zoals voorzien in het decreet van 30 mei 2008 inzake de vestiging, de invorderingen de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Artikel 6
Deze beslissing is onderworpen aan de artikelen 326 tot en met 338 van het Decreet lokaal bestuur.
Artikel 7
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 8
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het feit dat bepaalde particulieren veel restafval hebben en het daarom wenselijk zou zijn een container te plaatsen in de plaats van de gebruikelijke restafvalzakken;
Gelet op het feit dat de containers een inhoud van1100 literDin dienen te hebben en moeten uitgevoerd te zijn in galvanisé;
Overwegende dat het past een forfaitaire belasting te heffen op het plaatsen van restafval-containers;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Ten behoeve van de gemeente wordt vanaf het jaar 2024 een forfaitaire belasting geheven op het plaatsen van restafvalcontainers voor particulieren.
Artikel 2
De belasting vast te stellen op €1500/wekelijkse ophaling en € 750/tweewekelijkse ophaling per container per jaar en pro rata te verrekenen indien het om geen volledig jaar gaat.
Artikel 3
De belasting moet worden betaald binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 4
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde kalenderdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 5
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 6
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Overwegende dat onze gemeente beschikt over een groencontainerpark in Muydt te Bever;
Gelet op het feit dat zelfstandigen in groen- en tuinaanleg grote volumes deponeren in het groencontainerpark;
Gelet op het voorstel van de milieuadviesraad om voor zelfstandigen in groen
en tuinaanleg een 50-beurtenkaart in te voeren;
Gelet op het voorstel van de milieuadviesraad om deze belasting voor de afgifte van een 50-beurtenkaart vast te stellen op €250;
Gelet op het decreet van 30/05/2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenbeslechting van de provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Er wordt voor de zelfstandigen in groen- en tuinaanleg een contante belasting geheven onder de vorm van een 50-beurtenkaart.
Artikel 2
Deze kaart geldig voor 2024, is te verkrijgen voor een bedrag van €250.
Artikel 3
De belasting moet worden betaald binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 4
De belastingsschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 5
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 6
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 § 4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het Decreet 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd bij decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012;
Gelet op de gecoördineerde omzendbrief in gemeentefiscaliteit BA-2004/03 van 14 juli 2004 waarbij gesteld wordt dat de constructies voor het produceren van windenergie of andere vormen van groene stroom niet mogen worden belast;
Overwegende dat de in het reglement bedoelde masten, pylonen en andere draagconstructies als storend kunnen worden ervaren, zowel wegens esthetische redenen als om een gezondheidsvrees; en derhalve hinder meebrengen voor de plaatselijke gemeenschap;
Overwegende dat ook masten, pylonen en andere draagconstructies die niet zichtbaar zijn, als storend kunnen worden ervaren voor de plaatselijke gemeenschap;
Overwegende dat het nog niet bewezen is dat de straling afkomstig van masten, pylonen en andere draagconstructies onschadelijk is voor de gezondheid van de omwonenden en lange termijneffecten nog niet onderzocht kunnen worden omdat de technologie relatief nieuw is;
Overwegende dat een belasting een stimulans kan zijn om deze masten en pylonen en andere draagconstructies te beperken, wat gunstig is voor de goede ruimtelijke ordening van onze gemeente en voor de gemoedsrust van de gemeenschap;
Overwegende dat het past om geen belasting te heffen voor masten, pylonen en andere draagconstructies in het landschap aangebracht met het oog op het voortbrengen van energie op alternatieve wijze (bv. windmolens), daar hieromtrent het landschapsverstorend element of de gezondheidsrisico’s ruimschoots gecompenseerd wordt door het milieuvriendelijke aspect ervan.
Gelet op de toestand van de gemeentefinanciën;
Gelet op het feit dat deze belasting zal voorzien worden in het meerjarig financieel beleidsplan en dus noodzakelijk is voor een gezonde financiële situatie van de gemeente;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1 :
Er wordt vanaf het dienstjaar 2024 een jaarlijkse en ondeelbare belasting geheven op de masten, pylonen en andere verticale draagconstructies.
Artikel 2 :
De belasting wordt geheven op masten, pylonen en andere verticale draagconstructies die een commerciële activiteit met zich meebrengen.
Artikel 3 :
Als masten, pylonen en andere verticale draagconstructies worden beschouwd :
Mast : Een verticale structuur die geplaatst wordt in een dak, op een dak of andere bestaande constructie met een gezamenlijke minimale hoogte van 15 meter.
Pyloon : Een individuele verticale constructie die opgericht wordt op het niveau van het maaiveld met een hoogte van minimaal 15 meter.
Verticale draagconstructie : Iedere individuele op zichzelf staande structuur met een hoogte van minimaal 15 meter, met uitsluiting van gebouwen, die opgericht is op het niveau van het maaiveld
en die dienst doet als draagstructuur voor lichtinstallaties, geluidsinstallaties, het transport van energie- en radio-installaties.
Artikel 4 :
De belasting wordt vastgesteld op € 2.500,00 per mast, pyloon of verticale draagconstructie.
Artikel 5 :
De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de masten, pylonen of andere verticale draagconstructies.
Artikel 6 :
Er wordt een vrijstelling verleend voor constructies die dienen voor de productie van windenergie of andere groene stroom.
Artikel 7 :
De belastingsplichtige dient, uiterlijk op 1 april van het aanslagjaar, aangifte te doen van de belastbare elementen beschreven in artikel 2, welke zijn eigendom zijn. Hij ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor 1 april van het aanslagjaar moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden binnen dezelfde termijn aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.
Pylonen of masten geplaatst na 1 juli van het aanslagjaar worden belast voor de helft van het bedrag van de belasting. Er wordt geen vermindering of terugbetaling van de belasting toegestaan als de mast, pyloon of andere verticale draagconstructie in de loop van het jaar wordt weggenomen.
Elk verzuim van aangifte, elke onvolledige of valse aangifte en over het algemeen elke overtreding van deze verordening geeft aanleiding tot een verhoging van de belasting met een bedrag gelijk aan het verschuldigd bedrag. Het bedrag van deze verhoging wordt eveneens ingekohierd.
Artikel 8 :
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 9 :
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De belasting wordt ingevorderd overeenkomstig de regelen betreffende de invordering inzake rijksbelastingen op de inkomsten.
Artikel 10 : De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning.
Artikel 11 :
De vestiging en de invordering van de belasting, alsook de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Artikel 12 :
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 13 :
Deze verordening wordt onverwijld aan de toezichthoudende overheid overgemaakt.
De gemeenteraad,
Gelet op artikelen 40 en 41 van het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd bij decreet van 28/5/2010 en 17/2/2012;
Gelet op het koninklijk besluit van12 april 1999tot bepaling van de procedure voor de gouverneur of voor het college van burgemeester en schepenen inzake bezwaarschrift tegen een provincie- en gemeentebelasting;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Gelet op de intentie om de vervuiling van de openbare wegen door rondslingerend papier tegen te gaan en om de kosten van de ophaling en de verwerking van het papierafval te drukken;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld en voorgestelde tarieven dus gelijk blijven;
Artikel 1
Er wordt vanaf het dienstjaar 2024 een gemeentebelasting geheven op de voor de inwoners kosteloze verspreiding aan huis van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter en daarmee gelijkgestelde producten.
Artikel 2
In het kader van dit reglement wordt het volgende verstaan onder :
- Drukwerk met handelskarakter : elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen, en die
erop gericht is de potentiële klant er toe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder.
- Gelijkgestelde producten : de stalen of reclamedragers van gelijk welke aard die aanzetten tot gebruik of verbruik van het aangeprezen product of de aangeboden dienst.
- Verspreiding aan huis : het op het grondgebied van de gemeente (of een deel daarvan ) achterlaten van drukwerk zonder adressering in de brievenbussen en zonder
initiatief van de bestemmeling.
Artikel 3
De belasting is verschuldigd door de verantwoordelijke uitgever. De drukker en de verdeler zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Wanneer de verantwoordelijke uitgever, drukker en verdeler niet gekend zijn, is de belasting verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon onder wiens naam, handelsnaam, logo of embleem de reclame wordt gevoerd.
Artikel 4
De belasting wordt vastgesteld, met een minimum van 20 euro per bedeeld drukwerk, op :
- 0,02 euro per bedeeld exemplaar van drukwerk met handelskarakter waarvan de totale bedrukbare oppervlakte niet groter is dan 1247,4 cm²( = 2 bladzijden A4-formaat).
- 0,05 euro per bedeeld exemplaar van drukwerk met handelskarakter waarvan de totale bedrukbare oppervlakte groter is dan 1247,4 cm² (meer dan 2 bladzijden A4-formaat).
Artikel 5
Van de belasting zijn vrijgesteld :
- drukwerken waarvan de bedrukte oppervlakte voor 50 % of meer wordt ingenomen door algemene informatie(tekst en/of foto’s) zonder handelskarakter.
- drukwerken uitgaande van binnen de gemeente plaatselijke verenigingen.
Artikel 6
De belastingplichtige is gehouden minstens 24 uren bij voorbaat aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.
Voor de periodieke verspreiding mag de aangifte bij voorbaat gedaan worden voor een periode van hoogstens 6 maanden.
Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige aangifte wordt de belastingplichtige van ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
De belasting wordt vastgesteld op basis van het aantal brievenbussen op 1 januari van elk dienstjaar, dat wordt opgevraagd bij de Post.
De ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag kan slechts geldig worden ingeschreven op het kohier gedurende een periode van 3 jaar volgend op 1 januari van het dienstjaar. De termijn wordt met 2 jaar verlengd bij overtreding van de belastingverordening met het oogmerk te bedriegen of de bedoeling schade te berokkenen.
Artikel 7
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier opgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen(wet van24.12.1996).
Artikel 8
De belasting wordt ingevorderd overeenkomstig de bepalingen van de wet van24.12.1996betreffende de vestiging en de invordering van de provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd door de wet van15.3.1999betreffende de beslechting van fiscale geschillen.
Artikel 9
De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de toezending van het aanslagbiljet.
Artikel 10
De belastingplichtige kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. De bezwaren moeten schriftelijk worden gedaan, met redenen omkleed zijn en overhandigd of per post verzonden worden binnen zes maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Indien het bezwaar het aantal brievenbussen betreft en de belastingsplichtige geen aangifte heeft ingediend, dan wordt een administratieve kost van 25 euro aangerekend.
Artikel 11
Verwijl- en moratoriumintresten zijn op deze belasting toepasselijk zoals inzake rijksbelastingen op de inkomsten. Vanaf de tweede aanmaning zal een forfait van 15 euro administratiekosten worden aangerekend.
Artikel 12
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 13
Dit besluit wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
De gemeenteraad,
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenbeslechting van provincie- en gemeentebelastingen;
Gelet op het feit dat het aangewezen is de inname van openbaar domein voor private doeleinden in tijd en ruimte tot een minimum te beperken;
Gelet op artikel 170 §4 van de grondwet;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 13/12/2022 waarbij deze belasting werd vastgesteld;
Artikel 1
Vanaf het dienstjaar 2024 wordt door het gemeentebestuur een retributie geheven op het voorbehouden van parkeerplaatsen voor activiteiten met een winstgevend karakter, met uitzondering van alle marktactiviteiten op donderdag en kermisactiviteiten.
Artikel 2
Het bedrag van de retributie wordt als volgt vastgesteld :
- 5 euro per dag per uitgetekende parkeerplaats
- 5 euro per 5 lopende meter per dag, indien geen parkeerplaats is uitgetekend
Als parkeerplaats wordt beschouwd : een op het wegdek afgebakend parkeervak of een vak van 5 lopende meter in een op het wegdek afgebakende parkeerstrook, naargelang het geval.
Artikel 3
Voor activiteiten met een winstgevend karakter wordt de retributie als volgt vastgesteld :
- < 10 m2 : 40 euro per maand
- 10 – 20 m2 : 75 euro per maand
- 20 – 40 m2 : 150 euro per maand
Artikel 4
De retributie is verschuldigd door de aanvrager van de winstgevende activiteit.
Bij gebreke van een aanvraag of bij onvolledige aanvraag wordt van ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt.
Artikel 5
De retributie moet betaald worden uiterlijk op het ogenblik van de inname, zoals bepaald in de toelating van de burgemeester om het openbaar domein in gebruik te nemen.
Artikel 6
Het schepencollege wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 7
Dit besluit wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd bij decreet van 21 december 2018, titel 4 in het bijzonder;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus, zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2018;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 over de beleids- en beheerscyclus, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 september 2018;
Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 - aanpassing meerjarenplannen 2020-2025 lokale en provinciale besturen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 8 november 2022 houdende de goedkeuring van de meerjarenplanaanpassing 2022-2025-6;
Gelet op het OCMW-raadsbesluit van 12 december 2023 houdende de goedkeuring van de voorliggende meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7;
Overwegende het voorliggend ontwerp van de strategische nota, de financiële nota de toelichting en de documentatie van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7;
Overwegend dat de exploitatie alsook de investeringskredieten worden aangepast voor 2022 tem 2026;
Overwegende dat de financiële nota van de meerjarenplanaanpassing volgende cijfers betreft :
| Budgettair resultaat |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
| I. Exploitatiesaldo |
879.780 |
731.075 |
489.920 |
1.019.119 |
684.172 |
822.236 |
247.670 |
| a. Ontvangsten |
4.450.027 |
4.596.098 |
4.686.672 |
6.508.815 |
6.393.950 |
6.614.638 |
6.170.898 |
| b. Uitgaven |
3.570.247 |
3.865.023 |
4.196.752 |
5.489.696 |
5.709.777 |
5.792.402 |
5.923.228 |
| II. Investeringssaldo |
-225.767 |
-571.272 |
-294.204 |
-806.876 |
-3.987.748 |
1.138.327 |
-25.690 |
| a. Ontvangsten |
294.919 |
208.782 |
208.782 |
208.782 |
1.805.383 |
1.408.782 |
0 |
| b. Uitgaven |
520.686 |
780.054 |
502.986 |
1.015.658 |
5.793.132 |
270.455 |
25.690 |
| III. Saldo exploitatie en investeringen |
654.014 |
159.803 |
195.717 |
212.243 |
-3.303.576 |
1.960.563 |
221.980 |
| IV. Financieringssaldo |
-173.555 |
-228.934 |
-274.378 |
-249.286 |
924.319 |
-273.865 |
-245.240 |
| a. Ontvangsten |
94.030 |
36.350 |
1.174 |
24.644 |
1.224.644 |
24.644 |
0 |
| b. Uitgaven |
267.585 |
265.284 |
275.552 |
273.930 |
300.325 |
298.509 |
245.240 |
| V. Budgettair resultaat van het boekjaar |
480.459 |
-69.131 |
-78.661 |
-37.043 |
-2.379.257 |
1.686.698 |
-23.260 |
| VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar |
2.262.169 |
2.742.628 |
2.673.497 |
2.594.836 |
2.557.794 |
178.537 |
1.865.235 |
| a. Op basis van meerjarenplan vorig boekjaar |
2.262.169 |
2.742.628 |
2.673.497 |
2.594.836 |
2.557.794 |
178.537 |
1.865.235 |
| VII. Gecumuleerd budgettair resultaat |
2.742.628 |
2.673.497 |
2.594.836 |
2.557.794 |
178.537 |
1.865.235 |
1.841.975 |
| VIII. Onbeschikbare gelden |
79.294 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
| IX. Beschikbaar budgettair resultaat |
2.663.334 |
2.673.497 |
2.594.836 |
2.557.794 |
178.537 |
1.865.235 |
1.841.975 |
Overwegende dat de autofinancieringsmarge als volgt is :
| Autofinancieringsmarge |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
2026 |
| IV. Autofinancieringsmarge |
612.196 |
465.791 |
214.368 |
745.189 |
383.848 |
523.727 |
2.430 |
Overwegende de bespreking van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 op het schepencollege en het vast bureau dd. 21/11/2023;
Gelet op de goedkeuring van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 voor het deel OCMW, door de OCMW-raad dd. 12/12/2023;
Artikel 1 :
Het gedeelte van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 dat betrekking heeft op de gemeente, wordt vastgesteld.
Artikel 2 :
Het gedeelte van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 dat betrekking heeft op het OCMW, wordt goedgekeurd.
Daarmee wordt de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 in zijn geheel definitief vastgesteld.
Artikel 3 :
Aan de Vlaamse Overheid zal digitaal over de meerjarenplanaanpassing 2020-2025-7 worden gerapporteerd, conform de daartoe vastgestelde bepalingen.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 27/06/2023 waarbij de data voor de volgende gemeenteraden werden vastgelegd tot met december 2023;
Overwegende dat de gemeente- en OCMW-raden in Bever telkens op een dinsdag worden bijeengeroepen;
Overwegende voorstel van volgende data door het schepencollege :
- Dinsdag 23 januari 2024 - Plosje 10
- Dinsdag 5 maart 2024 - Raadszaal
- Dinsdag 16 april 2024 - Plosje 10
- Dinsdag 21 mei 2024 - Raadszaal
- Dinsdag 25 juni 2024 - Plosje 10
Artikel 1 :
De gemeenteraad gaat akkoord om de volgende gemeente- en OCMW-raden te laten doorgaan op volgende dinsdagen :
- Dinsdag 23 januari 2024 - Plosje 10
- Dinsdag 5 maart 2024 - Raadszaal
- Dinsdag 16 april 2024 - Plosje 10
- Dinsdag 21 mei 2024 - Raadszaal
- Dinsdag 25 juni 2024 - Plosje 10
Afwijking van deze data is mogelijk mits grondige motivatie.
- De voorzitter deelt de resultaten mee van de telling van vrachtverkeer door AWV op 18 april 2023.
- Raadslid Verhofstadt informeert naar de annulatie van het project skatepark. Schepen Vanholder antwoordt dat een nieuw dossier zal worden opgestart.
- Raadslid Reygaerts vond de kerstbeurs een groot succes.
De voorzitter sluit de zitting op 12/12/2023 om 21:12.